Om de publicatie van de anthologie Children of War (recensie) in de bloemetjes te zetten zal ik in de komende weken een reeks interviews en gastposts posten waarin verschillende van de auteurs die een kortverhaal schreven voor deze anthologie aan bod zullen komen. Deze anthologie is een bundel kortverhalen in verschillende genres die de kinderen in Oekraïne steunt. Alle opbrengsten hiervan zullen geschonken worden aan de Voices of Children Foundation in Oekraïne of een gelijkaardige organisatie. Deze Oekraïense organisatie zorgt voor therapie en andere vormen van psychologische ondersteuning voor slachtoffers van oorlogstrauma. De organisatie werd opgericht in 2015 en werkt samen met vrijwillige psychologen en rondtrekkende psychologen om kunsttherapie en andere zorgen te verschaffen aan de meest kwetsbare leden van de Oekraïense samenleving die nu opnieuw worden getroffen door een gewapend conflict.
De zesde auteur die ik interviewde is Daan Katz! Zijn kortverhaal in Children of War is getiteld The Dragon’s Demise. Dit is een fantasyverhaal dat zich afspeelt in één van de werelden uit de auteur zijn fantasie-universum. Het is het verhaal van een jongen die worstelt met trauma en de impact daarvan op zijn verdere leven, alsook zijn wens om de laatste wens van zijn vader uit te doen komen. Meer weten? Bekijk de volledige recensie!
Benieuwd naar meer over het werk van Daan Katz? Bekijk dan zeker ook mijn recensies van Night’s Reign (hier) en Death and the Maiden (hier).
Opmerking: Het interview en de gastpost werden door mij vertaald naar het Nederlands
Interview met de auteur
Over de auteur
Hobbies: Muziek. Als fervent amateurmuzikant (klassieke zang en piano) spendeer ik het grootste deel van mijn vrije tijd aan het luisteren naar muziek, zingen, en pianospelen. Leuk weetje: Ik weet helemaal niets over hedendaagse muziek.
Wat was je favoriete boek toen je klein was?
Dat is een moeilijke vraag om te beantwoorden, want ik hield van zoveel boeken. Als ik er dan toch één moet kiezen, dan zou ik gaan voor “Alleen op de wereld” van Hector Malot. Toen ik acht jaar was, las mijn leerkracht ons de Nederlandstalige vertaling voor – enkele pagina’s per keer – aan het eind van elke schooldag. Onze hele klas zat als betoverd wanneer hij voorlas. Het was magisch!
Wat voor boek zou je ooit graag schrijven?
Dat boek heb ik reeds geschreven. Twee ervan eigenlijk. Ik hou ervan om te schrijven over mensen die op de één of andere manier “anders” zijn, en dat doe ik eigenlijk in al mijn verhalen. Dus ik denk dat ik daar gewoon mee verder ga.
Wat is je motto als schrijver?
Mijn motto heb ik gestolen van Ernest Hemingway. “Write hard and clear about what hurts” (Schrijf hard en duidelijk over wat pijn doet)
Over de anthologie
Waarom besloot je een verhaal te schrijven voor deze anthologie?
Mijn ouders waren kinderen toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak en Duitsland ons land bezette. Zeker mijn moeder was erg getraumatiseerd door de oorlog en heeft, zonder het zelf te beseffen, haar oorlogstrauma op mij en mijn zussen overgedragen. Ik weet niet op welke manier het trauma van mijn moeder een invloed gehad heeft op mijn zussen, maar het heeft zeker zijn sporen nagelaten op mijn psyche en het heeft vandaag nog altijd een subtiele invloed op mijn leven. Ik hoop dat we met deze anthologie genoeg geld kunnen bijeenzamelen om veel kinderen te helpen die het slachtoffer zijn geworden van het conflict tussen Rusland en Oekraïne, zodat ze kunnen helen.
Als er één boodschap zou zijn m.b.t. deze anthologie die je graag met de hele wereld zou delen, wat zou deze dan zijn?
Ik heb eerlijk waar geen idee. Ik kan nergens opkomen, er is gewoon te veel dat ik zou willen zeggen.
Snelle ronde
Tropisch eiland of Antarctica? Geen van beide. Maar ik zou graag nog éénmaal op het strand van Scheveningen kunnen wandelen.
Nacht of dag? Avond. Stille avonden, wanneer de woorden uit mijn pen vliegen.
IJs of pizza? Mag ik een Irish koffie in de plaats?
Koffie of chocolade? Chocolade
Cultuur of natuur? Beide. Ik hou van cultuur, maar we hebben de natuur nodig. Het is erg dat we zo geobsedeerd met cultuur zijn geworden dat we de zorg voor de natuur zijn beginnen verwaarlozen.
Gastpost: Representatie van mensen met een handicap in literatuur
Als een auteur met een handicap (afhankelijk van een rolstoel, gediagnosticeerd met het Ehlers-Danlos syndroom en autisme), heb ik een duidelijke mening over de representatie van handicappen – of beter gezegd het gebrek daaraan – in literatuur en andere media.
Toegegeven, er lijkt vooruitgang te zijn en we zien meer en meer auteurs die schrijven over personen met een handicap…MAAR wanneer we een hoofdpersonage met een handicap zien gaat het verhaal meestal over de handicap. Dat is, helaas, niet het type representatie dat we nodig hebben.
Dus wat willen we wel?
Dat is een goede vraag, maar om deze te beantwoorden moet ik eerst ingaan op wat we niet nodig hebben – maar helaas maar al te vaak krijgen.
We hebben geen nood aan:
- Gehandicapte helden als tragische personages die het gevoel hebben dat hun leven voorbij is nu ze gehandicapt zijn, waardoor ze een einde maken aan hun eigen leven of voor euthanasie kiezen (“Me before you” – Ik heb het boek niet gelezen, dus ik kan de schrijfstijl niet beoordelen maar de boodschap is vrij walgelijk voor mij en andere gelukkige rolstoelgebruikers.)
- Gehandicapte helden die miraculeus genezen of (in fantasy) magische krachten ontdekken waardoor ze hun handicap kunnen genezen. NIET cool! Dat is gewoon een andere manier om te zeggen dat een persoon met een handicap onmogelijk een gelukkig en voldaan leven kan leiden, wat – met alle respect – gewoon onzin is.
- Het oude liedje syndroom – Het personage in een rolstoel dat volledige hulpeloos is en zonder hulp zelfs niet kan eten, laat staan vrolijk rond zou kunnen rijden. De stomme autist die meerdere keren per dag een woedeaanval krijgt en superslim is. De psychoot die een gevaarlijke seriemoordenaar is. Hemel, kunnen we stoppen met die onzin a.u.b.? Dat is totaal niet hoe het werkt en zorgt er enkel voor die kwetsende stereotypen bevestigd worden.
- Nog maar eens een verhaal over de handicap van een personage. Meestal over hun gevecht tegen en overwinning op de handicap. Zien we een patroon hier? Denk je echt dat ik elke dag in mijn rolstoel zit te denken over hoe gehandicapt ik ben? Ik denk het niet.
- Inspiratieporno. Om gek van te worden. “Kijk naar die kerel in zijn rolstoel! Hij doet zelf zijn boodschappen. Wat een inspiratie!”. Excuseer? Boodschappen doen maakt me helemaal niet speciaal. Ik heb vier perfecte wielen die me beter helpen dan mijn benen dat ooit deden…Nu, moest ik in mijn eentje een groep gewapende criminelen neervellen…DAT zou nog eens iets zijn om over op te scheppen. Maar gewoon een dagdagelijks leven leiden? Niet bepaald.
Wat we WEL willen:
- Realistische helden met een handicap, waarvoor de handicap slechts één van de vele obstakels op hun pad naar de overwinning is. Want weet je, mensen met een handicap zijn gewone mensen die hetzelfde nodig hebben alles iedereen anders: eten, kledij, beschutting tegen de elementen, liefde en intimiteit. (Verrassing: we kunnen seks hebben – en er zelfs van genieten!)
- Diversiteit. Wat Hollywood ons ook wil doen geloven, iedereen in een rolstoel is anders. (Sommigen kunnen niet wandelen, andere kunnen dat wel voor korte periodes. En alles daar tussenin. Verder heeft ook niet elke rolstoelgebruiker een ruggenmergletsel. Er zijn veel redenen waarom iemand een rolstoel nodig kan hebben). Ook iedereen met autisme is anders. Er is een reden waarom het “Autisme Spectrum” heet. Ik kan zo een boek vullen met individuele verschillen tussen autisten. Ook psychoten zijn allemaal anders. Ik weet het, ik val in herhaling, dus ik ga stoppen, maar je hebt het nu wel door.
- We hebben nood aan helden met een handicap die knallen. Veel van ons hebben geleerd om onze handicap te transformeren naar onze superkracht. Veel mensen beseffen niet dat elke handicap ook een aantal voordelen heeft. Mijn rolstoel maakt me snel. Ehlers-Danlos maakt me fysiek flexibel en zorgt ervoor dat ik eenvoudig poses kan aannemen die ongemakkelijk of zelfs onmogelijk zouden zijn voor anderen. Door mijn autisme kan ik me zeer goed focussen en ben ik me bewust van details, twee kwaliteiten die enorm handig zijn voor een schrijver.
In andere woorden, we willen gewoon een eerlijk beeld van hoe het is om een handicap te hebben. Dat kan toch niet teveel gevraagd zijn?